In gesprek met...

In gesprek met Joyce Jacobs: Zorgen dat de buurt voor elkaar gaat zorgen, hoe doe je dat?

Nienke Oort
geschreven Door:
Nienke Oort
Formele en informele zorg raken steeds meer met elkaar vervlochten. En dat is ook nodig als we willen dat ouderen op een fijne manier langer zelfstandig kunnen blijven wonen. De zorgprofessional redt het niet meer alleen en heeft de hulp van die betrokken buurtbewoner nodig. Maar hoe zorg je nu dat die beide zorgvormen ook nog een beetje gecoördineerd worden?

Joyce Jacobs, zorgbestuurder bij De Wulverhorst in Oudewater, heeft twee jaar geleden in samenwerking met onder meer Zilveren Kruis Zorgkantoor een prachtig initiatief ontwikkeld, waarbij de samenleving echt voor elkaar zorgt. ‘Wij realiseerden ons dat De Wulverhorst een spilfunctie in de gemeente had. Eigenlijk kwamen alle partijen hier al over de vloer: van de zorgaanbieders tot de zorgvragers en de vrijwilligers. We zijn gaan nadenken hoe we deze functie breder konden gaan inzetten in onze gemeente’, vertelt zij.

Kwartiermakers en coördinatoren

‘Kwartiermakers brengen in beeld wie er allemaal in een wijk actief zijn en leggen verbinden ook met professionals, zoals 1e lijn zorgprofessionals bijvoorbeeld. Het begin zit hem in lopende initiatieven te verbinden met elkaar, zodat er een netwerk ontstaat. Wij hebben dat netwerk de naam Dorps- en wijkgerichte steunsystemen in kernen van West gegeven, maar die kun je aanpassen aan een passende naam, die past binnen jouw lokale infrastructuur en cultuur. Daarna is het zaak de naamsbekendheid te vergroten.’

Om alles naar een professioneler niveau te brengen, heeft De Wulverhorst twee coördinatoren aangesteld. Zij worden gefinancierd uit de regionale ontwikkelingsgelden van Zorgkantoor Zilveren Kruis. ‘Wij hebben bewust gekozen voor twee coördinatoren die elk weer een heel ander netwerk hebben binnen onze gemeente. Beide werken twee dagen en zo beslaan we praktisch de gehele gemeente. Van de 2135 65+’ers in Oudewater hebben wij 1431 mensen in beeld nu. Dat is ontzettend waardevol omdat wij hen nu vroegtijdig aan een vrijwilliger of buurtbewoner kunnen koppelen als de situatie daarom vraagt. En daarmee wordt een beroep op langdurige zorg uitgesteld en soms zelfs overbodig. Dat is winst voor de gehele zorg!’

Steunsysteem – één samenwerkingssysteem met buurtlocaties als kerk, gemeentehuis, buurthuis en andere betrokken organisaties, ook als zijn er meerdere VVT-organisaties zijn. Sla de handen ineen in plaats van elkaar te beconcurreren. Zoek waar de overeenkomsten liggen in plaats van de verschillen.

Touwteam – bestaat uit de coördinatoren, aangesteld vanuit de formele zorg, die de hulpvragen en de vrijwilligers bij elkaar brengen en coördineert indien ook de aanvraag en/of inzet nodig ook de formele zorg.

Uitbreiding naar andere zorgvragen

Het team van De Wulverhorst heeft hun steunssysteem zelfs uitbreid naar andere zorgvragen, zoals de verstandelijke gehandicaptenzorg en intramurale zorg. ‘Juist daar is ook veel arbeidspotentieel aanwezig. Het kan de levendige sfeer in huizen vergroten, waardoor de aanspraak op zorg afneemt in plaats van toeneemt’, voegt Joyce nog toe.

Kwalitatief en kwantitatief

Dat dit systeem kwalitatief een fijnere samenleving oplevert is gewoon voelbaar. Zorgpersoneel wordt minder belast, de buurtbewoner kan laagdrempelig om hulp vragen en de vrijwilliger wordt ingezet op plekken waar hij of zij zich thuis voelt.

Kwantitatief kan Joyce haar bevindingen nog niet helemaal staven, omdat dat een goed georganiseerd registratiesysteem vereist. ‘En dat is direct de uitdaging van dit initiatief: hoe voorkom je dat je slaaf wordt van het systeem; hoe formuleer je definities? Je wilt aantonen dat je winst behaalt, maar om dat aan te tonen, moet je zorgvuldig registreren en dat is precies waar mensen geen zin in hebben of tijd voor hebben. Bovendien laat zich niet makkelijk op korte termijn duidelijk meten wat het oplevert dat iemand geen gebruik gaat maken van zorg. Om te voorkomen dat het systeem leidend en je verzandt in administratieve ballast, is het belangrijk om elk kwartaal met elkaar om tafel te gaan en terug te gaan naar de oorsprong: waar zijn we dit ook alweer voor gestart? Wat is die stip aan de horizon? Dan houden we ons daaraan vast en gaan we daar mee door!’, geeft zij als tip.

Waar zit de winst?

De winst van een dergelijk steunsysteem zit hem in meerdere lagen. Voor de buurtbewoner die fijner thuis kan blijven wonen, maar ook voor die zorgprofessional die minder zwaar belast wordt. ‘Met name de wijkverplegers merken de aanwezigheid van dit initiatief. Zij komen wel eens situaties tegen waarin zij zien dat er eigenlijk een beetje hulp of ondersteuning nodig is, omdat dit anders uitmondt in vraag naar zorg. Denk aan iemand met beginnende dementie of iemand die minder goed ter been is en niet zo goed de deur meer uit durft. Nu kunnen zij dit melden bij het touwteam en dan gaat een coördinator naar de desbetreffende burger toe om te kijken wat hij of zij nodig heeft. Vervolgens matchen zij een vrijwilliger die de buurtbewoner eenmalig of langdurige kan helpen’, licht Joyce toe.

Ze komt met nog een voorbeeld: ‘Soms zie je als wijkverpleegkundige dat de partner van de zorgvrager te zwaar belast wordt. Als daar niets aan wordt gedaan, zal ook hij of zij op den duur zorg nodig hebben. Als diegene ontlast kan worden door de inzet van een vrijwillige buurtbewoner, ontlast je dus de formele zorg.’

Zelf een steunsysteem opstarten

Tips van Joyce om zelf een succesvol steunsysteem ’Zorgen voor elkaar’ op te bouwen:

Belangrijke tip 1: Zorg dat de betrokkenen van de steunsystemen en het touwteam elkaar regelmatig informele sfeer ontmoeten, bijvoorbeeld tijdens een lunch. Zo kunnen problemen ondervangen worden en de focus scherp gehouden worden op een plezierige manier.

Belangrijke tip 2: Ga tijdig op zoek naar een structurele financiering. Vanuit het Zorgkantoor is de steun van tijdelijke aard, maar voor het behouden van de coördinatoren, een ict-systeem en informele bijeenkomsten is wel wat geld nodig. We hopen hiervoor in de toekomst een beroep te kunnen doen bij het ministerie van VWS.

Belangrijke tip 3: Zie geen beren op de weg, maar begin gewoon! Iedereen weet dat de zorg anders ingericht moet worden; durf en toon lef. Ga aan de slag en verzandt niet in eerst alles tot op het detail uitwerken. Geloof in dat het van de grond komt.

Deel dit bericht

Taskforce Wonen en Zorg bestaat uit: